Iedere leerling moet zich vanuit zijn capaciteiten kunnen ontwikkelen, leren en een diploma kunnen behalen. Dat geldt voor zowel de meer begaafde, vroegrijpe en snel lerende kinderen, als de minder vlot of goed lerende jongeren en de laatbloeiers. Maar de vroege selectie en sterke externe differentiatie in verschillende schoolsoorten in het Nederlandse onderwijs zetten gelijke onderwijskansen onder druk.

De combinatie van vroege selectie en externe differentiatie in het onderwijsstelsel is vooral het laatste decennium gaan knellen. Deze is zo ver doorgeschoten dat nog onvoldoende sprake is van goede toegankelijkheid en een bijdrage van het onderwijs aan gelijke kansen en sociale cohesie. Daarom adviseert de Onderwijsraad om later te selecteren, zodat leerlingen meer tijd en mogelijkheden hebben om hun capaciteiten te ontwikkelen. De raad adviseert ook om beter intern te differentiëren: bied vanaf de basisschool flexibeler onderwijs aan dat meer recht doet aan verschillen tussen leerlingen.

Binnen het huidige onderwijsstelsel is dit onvoldoende op te lossen. Daarom adviseert de Onderwijsraad een structuurwijziging voor het voortgezet onderwijs.